stevenenremco.reismee.nl

Bali

Dempasar, Bali.

Een ander soort hitte maakt zich meester van ons. Het is hier vochtiger en daardoor drukkender. We hadden een hotel gereserveerd in Ubud, 45 minuten rijden naar het noorden, waar ook het Monkey Forest ligt. We zijn beiden eigenlijk kapot. Veel te weinig geslapen en op deze momenten (zeker ik, na het vliegen) kunnen kleine dingen aanleiding zijn voor snauwpartijen en irritaties. Maar we worden overvallen door de chaos van het verkeer, de geuren, de mooie mensen en de esthetiek van Bali. We kennen het fenomeen tempels, versieringen, beelden en aangelegde tuinen maar dit is andere koek. Vrijwel gelijk word je overspoeld door de zorg en aandacht die men hier heeft willen besteden aan wat mooi is voor het oog. Het wordt naar mate we de weg naar boven vervolgen rustiger op de weg en meer en meer slaan de miljoenen brommers links of recht af. Na wat haarspeldbochten trekken we de jungle in en bereiken we Ubud. We hebben een kamer (op advies van Lou en Eef) geboekt in Ubud-inn. Bij het boeken hadden we een transfer vanaf het vliegveld geregeld maar beide (de boeking en het vervoer) waren niet doorgekomen. We hebben nog wat tijd genomen om alle bordjes die de chauffeurs op het vliegveld omhoog houden te lezen maar nergens een bordje Mister Palmen of Boenschrotem dus vandaar de taxi.

Het bleek een waar paradijs, Ubud-inn. Met een prachtig aangelegde tuin, Hindoeïstische beelden, overal mosjes (zijn we gek op) gras, palmen, gigantische varens en van die typische bungalows. Zwembad en een vliegende hond. Helemaal goed. ‘vliegende hond?'Ja ze hadden daar een vliegende hond. Hij luisterde ook als je geluidjes maakt die je ook maakt naar een hondje. Het is een enorme vleermuis in feite. Ondersteboven hangt hij elke ochtend aan een tak bij de ontbijt-bungalow en kijkt rustig om zich heen. Af en toe draait hij zich om, gaat rechtop hangen en doet een plasje. (nu weten we waarom een vleermuis, en in dit geval een vliegende hond, nooit over z'n eigen kop zeikt of kakt, alvorens zich te ontlasten, draait ie zich om). Why ondersteboven hangen? Geen idee. Als hij zich uitrekt denk ik dat hij 60 centimeter spanwijdte heeft, met daartussen een lijfje zo graat als een kleine poes, het is een flink beest, grappig.

We tukken hier even en wandelen daarna het stadje in. Overal liggen offertjes voor de deuren en in-uitritten. Een klein van riet of bananenblad gevlochten bakje met wat rijst, koekjes, etc met wierook. Met zorg wordt dat elke dag neergelegd en door een toerist ondersteboven gelopen. Of er gaat natuurlijk een auto overheen (het moet men toch tot denken zetten, bij een in -en uitrit offers neerleggen) Maar het zal zo z'n redenen hebben. Valt het ze op dat de goden die ze hiermee eren het nooit opeten? Honden en katten trouwens ook niet, niemand raakt zo'n bakje aan. Als hond of kat pak je toch al gauw, op een straat van 200 meter, 300 koekjes en een halve kilo rijst, maar dat gebeurt niet.

We nemen een niet voor de hand liggende afslag, lopen de door de sawa's, tuinen en piepkleine straatjes. Bali is mooi zeg! Het is warempel mooier dan Thailand. Ik ben hier eerder geweest, 15 jaar geleden tijdens een reis met Maaike, Dennis en Oda, maar de schoonheid...ik weet niet, het overviel mij weer. De zorg waarmee ze hun tuinen, valleien, huizen aanleggen en hun eerbetoon vormgeven, werkelijk prachtig.

We waren er de avond ervoor al even langsgelopen maar nu was het een geschikter moment. Monkey Forest. Letterlijk een bos (jungle) vol met aapjes. Tikkeltje toeristisch maar een aapje spreekt tot de verbeelding en maakt dat ieder mens geluiden gaat maken als aach, tjeee, hahah. Overal zaten ze, in de bomen, op het pad, op de beelden, bij de watervallen. Het was weliswaar hier en daar aangelegd maar met gevoel voor authenticiteit. Dat kunnen ze wel goed, die Balinezen, de natuur een handje helpen zonder er een betonnen dorp van te maken. (das anders op Lombok, daarover later meer). ‘We zijn net aapjes, we bewegen hetzelfde, eten het zelfde, zijn ook de hele dag bezig met rangen en standen'. Maar of zij op ons lijken, ik weet niet. Een aap doet een greep naar een rugtas, een toerist slaat hem ermee voor z'n hoofd, deze pleurt bijna van de burg door de klap. Dat zie je een aap niet snel doen. Nu hebben apen doorgaans geen rugtassen maar dit gedrag vertonen ze niet. Wat bezielt zo'n vrouw om dat te doen, vraag ik mij dan af. Je stapt dit bos in, hun bos, overal staan borden hoe om te gaan met die doorgaans lieve edoch vrij dominante diertje en jij mept hem zowat de waterval in. Ik houd mij in. Bijzonder om hier doorheen te wandelen. Later, op Lombok, zullen we nog vele bergpassen doorklieven waar ze letterlijk boven de weg in bomen zitten en aan takken hangen en heel nieuwsgierig het voorbij razende verkeer opserveren.

In Ubud beslissen we ook om een auto te huren. We weten dat het verkeer hier een chaos is, dat je links moet rijden en dat dat ongeveer de enige regel is, waar niemand zich echt aan lijkt te storen, laat staan houden. Het wordt een Suzuki Jimny. Ik heb ooit een van de eerste modellen gehad van z'n monstertje dus dat was gesneden koek. 1,5 miljoen rupiah (€ 120,-) voor 14 dagen. Dat was niet te vergelijken met een auto met chauffeur en je bent factor 10 meer mobiel. Het heeft zo z'n uitdagingen maar we gokken het erop en stappen naar een verhuurbedrijf. Het was allemaal zo geregeld. Ik moest echter een contractje tekenen waar onderaan de pagina het jaartal waarin we dit contract hebben opgesteld alvast was voorgedrukt; .../..../19.. Het was duidelijk dat ze al meer dan 10 jaar met hetzelfde contract werkten. Ik heb de onhebbelijke gewoonte om de kleine letters te lezen. Nu waren deze niet erg klein en nog met een Xerox geprint dus dat was vrij obvious. Er zat geen verzekering op de auto. ‘Hoezo geen verzekering?' Vroeg ik. ‘car, no insurance sir, no problem'. Zei de man. ‘When you have problem, you call us, pay $ 500,- and we pay your problems'. Mm, ok dus als ik gezeik heb, een ander aanrijd, een kind onderste boven rijd of anderszins, dan betalen jullie alles, en ik $ 500,-, thats it? Yep. Zei de man. ‘Dan is de auto wel verzekerd, via het verhuurbedrijf, en ik heb een eigenrisico van $ 500,-, volgens mij. We hebben dat zinnetje in het contract wat aangepast. Voor wat het waard is. Ook dat ik de auto niet van het eiland mocht halen en mee mocht nemen naar Lombok hebben we aangepast. Beiden getekend en blind erin. Ik bedoel; een contract wat al meer dan 10 jaar dienst doet, kom ik even aanpassen...waar begin ik aan. Ik weet dat het niet strookt met wat ons is bijgebracht maar er gelden hier andere regels, waar ik mij aan te houden heb, met een vleugje Belanda. Prima. Lets go.

Hij start wat moeilijk maar als ie eenmaal aan is, dan gaat ie als de brandweer. Top wagentje. Rammelt aan alle kanten, deuren sluiten niet goed, ruitenwissers hebben een eigen leven, de ophanging doet denken aan bakstenen in een cementmolen maar de motor doet het goed en daar gaat het om. Ik had de verhuurder nog gemeld dat de temperatuurmeter het niet deed, de ampère zoals dat hier heet (overblijfsel vanuit het verleden maar niet goed gekoppeld aan het instrument wat destijds werd bedoeld denk ik). ‘No problems sir, take enough water in car with you, very strong car when little hot' Ach, ik ben mijn hele jeugd bergpassen overgetrokken met een oeroude bus waar we goddomme met z'n alle de godganse dag op de temperatuur van de auto lette. Waar de kachel aan moest als de motor wat moest koelen, maar waar het buiten ook dus ook 30 graden was, en binnen was het dankzij de kachels niet koeler, maar heter. Meermalen kwamen we op campings aan als gekookte kreeften. Maar de motor is nooit vastgelopen. Och, zo'n piepklein motortje kan ik wel koel houden, ook zonder meter.

Even oefenen in het links rijden is er niet bij natuurlijk. Stuur zit rechts en dus links schakelen en ook je knipperlicht zit rechts en niet links. Net als in Australië zet je de eerste kilometers als je afslaat je ruitenwissers aan (want die zitten weer links) en ga je al ruitensproeiend en wissent de bocht om. Het is allemaal reuze hilarisch. Maar we zitten in ons eigen autootje, Bali onder de wielen en we trekken het land in.

We beslissen verder naar het noorden te rijden; naar Munduk. We verslikken ons de eerste kilometers in de afstanden, as in; het is allemaal veel dichterbij dan je denkt. We hebben de Australische afmetingen nog in het hoofd en voordat we het weten zitten we al bijna in Dempasar. We moeten eerst wat naar beneden rijden om via een andere weg naar boven te kunnen ivm de bergwegen, maar zover hoefde niet. Het zijn de eerste omrijdt-meters maakt niet uit. Vrijwel gelijk worden we overvallen door de uitgestrekte sawa's heuvels, jungle en eindeloze groene vergezichten. Heuvel na heuvel de meest prachtige landschappen met rijstvelden in alle verschillende stadia van groei. Elk staduim heeft zo z'n groene kleur en rijst wordt om de 3 maanden geoogst dus het is een palet aan groene vlakten tegen de heuvels op. Ongelooflijk hoe mensenhanden dit allemaal hebben kunnen maken. We stoppen geregeld, met gevaar voor eigen leven schieten we de berm in om bovenop bergen te genieten van het uitzicht. Je blijft foto's maken om het moment maar vast te houden. ‘Hoe kunnen mensen alleen reizen, das godsonmogelijk, met wie ga je delen wat je ziet?' We rijden door dorpjes waar we bij verschillende Warungs (winkeltjes) of toko's water, eten en sigaretten kopen. We kopen bij de één het water, bij de volgende sigaretten en verderop eten. Dat leidt tot blije maar ook boze gezichten.

Er was, is, een probleem. Er is op Bali een weeromslag. Net als in Nederland verandert het weer. Het is regentijd, maar dit is niet eerder gebeurd. Het regent op onvoorspelbare momenten, niet op een vast moment van de dag. En in de bergen is het helemaal raak. Zodra je een berg hebt bedwongen, krijg je om de hoek een bui over je heen die je nog niet eerder hebt ervaren. We zijn wel wat gewend, in Nederland maar ook in Thailand, Burma etc. maar dit is niet ok hoor. Had ik al gezegd dat de ruitenwissers een eigen mening hebben? Nou die zijn niet erg onder indruk van de elektrische impuls die ik hen toedien via de schakelaar. Af en toe wel, maar als het regent in ieder geval niet. Dat leidt tot de situatie dat als er een hele erge hoosbui ons het zicht belemmert, Rem uit het raam hangt en de linker ruitenwisser met de hand bedient, de rechter volgt dan gedwee. Al proestend, met z'n ogen dichtgeknepen probeert hij de met z'n kop in de rijwind mijn zicht te verbeteren. Maar ook ik hang met mijn kop uit het rechter raam om twijfelgevallen beter in te schatten. Beiden zakken we weer terug op onze stoelen, met druppels aan ons neus als we de bui voorbij zijn. ‘Ik moet eigenlijk van binnenuit door het linker raam, een touwtje vastmaken aan de linker ruitenwisser, vervolgens aan de rechter ruitenwisser en dan door mijn raam weer naar binnen, dan kunnen we gewoon blijven zitten en hoeven alleen maar aan het touwtje te trekken'. Als je shit betaalt, krijg je ook shit'. Het is wel grappig en we vinden het wel best. Soms ‘luisteren'de ruitenwissers wel en hebben we mazzel, maar we zullen nog vaak met ons hoofd uit het raam hangen ten einde het zicht te verbeteren. Het moet een leuk gezicht zijn voor de lokale bevolking, een Jeep met twee witte westerlingen erin waarbij er een lange blonde al proestend de wisser op de voorruit een handje helpt.

De temperatuurmeter lijkt toch tot leven te zijn gekomen en geeft geruststellende berichten. Ik doe alsof mijn neus bloedt als hij halverwege blijft hangen. Als we ergens uitstappen en ik leg mijn hand op de motorkap zit ie zowat vast-gefrituurd maar de motor ronkt vrolijk door en waarom zou ik het feest dan bederven nietwaar? Voor noodgevallen hebben we een fles water bij ons, maar het zal niet nodig zijn. We bereiken Munduk in goede conditie en duiken in het Puri Lumbung cottages - park. Bovenop de sawa's gebouwd, met vergezichten op de uitgestrekte heuvels en bergen, plantages, zo mooi. Overal waren vijvers en grasvelden, tuinen en beelden gemanicuurd. Hier blijven we een paar nachten. Het terrein wordt s'nachts overgenomen door honderden enorme kikkers, Rems favoriet. Deuren moeten niet alleen dicht, maar ook op slot.

Rem en ik hebben ergens op een berg even net iets te onbezonnen een lunch genuttigd met sáte (niet saté) die een beetje koud was. Tja, en dat moet je niet doen, wisten we wel, maar toch dooreten want het was (toegegeven) erg lekker. Ik had 2 stokjes, hij 6. En daar word je aan herinnerd, op de meest vervelde momenten. Rem heeft vliegende koorts en wordt doodziek. Via alle kanalen van zijn lichaam maakt hij zich los van het bedorven eten. Zwetend en met maagkrampen probeert hij de nacht door te komen. Ik daarentegen blijf gevrijwaard. Het kan een onbenullig stukje zijn geweest, zo gaat dat soms. Je hebt niet veel nodig om een voedselvergiftiging op te lopen. Ze zijn in het guesthouse bijzonder behulpzaam en dienen hem medicijnen toe. Na twee dagen trekt hij bij, zij het nog wat twijfelachtig maar we kunnen weer reizen.

Ik was dan misschien gevrijwaard van de spuitpoep, maar ik had iets anders opmerkelijks. Ooit, ik was 20 jaar ofzo, heb ik door niet nader te noemen oorzaak, mijn kaak uit de kom gehad. Op een ochtend werd ik wakker, even een plasje doen. Voelde al wat raars in mijn gezicht, het een en ander leek ‘op slot' te zitten. Ik kijk in de spiegel en...mijn mond zat scheef. Wat raar. Op het moment dat ik mijn mond open, schiet mijn kaak terug naar de juiste positie. Ik kan u zeggen, lieve lezers en lezeressen, de hele Pijp (ik woonde toen nog in de Gerard Doustraat) heeft rechtop in bed gezeten. ‘Er is hier om de hoek zojuist een jongen op een gruwelijk wijze vermoord.' Dat moeten ze hebben gedacht toen mijn kaak weer in het gelid schoot. Dat doet namelijk zo'n enorme pijn, een steek die vanaf je oor dwars door je hersens achter je ogen langs schiet. De tranen springen in je ogen en je moet echt even gaan zitten om niet out te gaan. Het was een leuk feest de dag ervoor, maar dit...dit nooit meer. De tandarts heeft een speciaal bitje gemaakt waarmee ik nog maanden in mijn mond heb geslapen om de uitgerekte pezen en spieren kans te bieden te herstellen en weer op sterkte te komen en om te voorkomen dat ik het bovenstaande elke ochtend zou moeten doormaken. Welnu, ik werd wakker dus. En ik voelde het al toen ik opstond, er was wat mis met mijn kaak. Op een drafje naar de badkamer, snel in de spiegel kijken, nee..dat zit wel recht allemaal. Langzaam open ik mijn mond, want dat is het spannende deel van het onderzoek, gaat ie open? Met gekreun kreeg ik mijn lippen van elkaar, net genoeg om godverneetoch te kunnen zeggen... Ik kon door aan mijn rechteroor te trekken en mijn kaakspieren te masseren de boel aardig aan de gang krijgen. Later die ochtend zal het er wel een beetje raar uit hebben gezien tijdens het ontbijt. Een ietwat grijzende jongeman die worstelend met pijnscheuten, aan z'n oor trekkend en kaak masserend een beetje nasi goreng probeert weg te kauwen.

Vergeleken met Rem was mijn kaakfractuur een peulenschil en na een paar dagen had ik definitief besloten dat het geen oorontsteking was maar een leftover van mijn partyverleden waar ik zo nu en dan gewoon voor moet boeten. Kennelijk had ik een dusdanige ‘ont-stressing-droom gehad waarbij mijn kaak het bij heeft moeten ontgelden.

De prachtige, adembenemende omgeving heeft ons beiden een zetje gegeven in het herstelproces en we zijn na twee dagen weer verder getrokken naar de noord-kust, eerst naar Seririt en dan via de kustweg naar Lovina. Ik kan het blijven zeggen, en dat doe ik ook maar, het is een aaneenschakeling van ooohh, aaahh momenten. Watervallen, beekjes, poedeltjes, sawa's palmbomen, diep in het dal boertjes met die typische hoedjes op, het blijft maar komen en het een nog mooier dan het ander. Groen, er bestaan 1000 verschillende soorten groen. Die heuvels die ze afgegraven hebben om er sawa's op te maken, wat een werk en het irriagtie systeem, van het ene naar het andere plateau, heel knap en al honderden jaren een beproefde methode. Ik begrijp wel, hoewel de manier waarop verwerpelijk is, waarom de Hollanders hier neerstreken. Het is gewoonweg betoverend. Ze hebben hier de meest prachtige koloniale huizen, landhuizen, neergezet. Die nu nog steeds, ondanks de zeer onrustige Balinese grond, rechtop staan, zonder schuren. Neemt niet weg dat hoe ze zich dit hebben toegeëigend, verwerpelijk is en (nu beschouwd) wreed is geweest, ik snap ze goed. Ik kan overal waar we komen wel wonen, en dus hier ook.

In Lovina strijken we wederom neer in een guesthouse/resort met een prachtige tuin en dito zwembad. Ook hier blijven we 2 dagen. Het gekke is dat het strand van Lovina het lelijkste strand is wat ik ooit heb gezien. Het is allereerst zwart en bovendien hebben de Balinezen op veel plaatsen golfbrekers gestort, 50-100 meter uit de kust maar ook op het strand. Daardoor is het veelal onbereikbaar maar ook oerlelijk. Daarnaast zijn de resorts verkeerdom gebouwd. Ik bedoel, soms met de rug naar de zee. Als je over het ‘strand' loopt zie je dus hoge muren die rondom de prachtige tuinen van de resort zijn neergezet. Binnen is het goed toeven, daarbuiten minder. In Lovina gaat men naar de dolfijnen kijken. Ze laden de toeristen in boten en stuiven de zee op. Op zoek naar dolfijnen. 15 jaar gelden hebben we het ook gedaan, met succes. Maar destijds hebben we ook besloten het nooit meer te doen, althans ik. Met dolfijnen zwemmen, doen we niet. 2 redenen; We hebben dolfijnen gezien, vrij in de natuur die meezwommen met de verschillende oversteken die we maakten in Oceanië en de andere reden is dat die beesten elke ochtend door 20 boten worden bestookt propvol met toeristen die een glimp willen opvangen van dit prachtige dier. Het wordt opgejaagd, achterna gezeten en gevoed om ze te lokken. Allemaal niet goed. Helaas voor de mensen die er hun brood mee verdienen, houd er mee op.

We maken wandelingen, doen nix, eten en doen de was. We trekken weer verder. Langs de kust zigzaggend door het verkeer. Het verkeer op Bali is een waar machogebeuren. Wie haalt wie in, op de meest onmogelijke plekken. Motorfietsen (9 van de 10 Balinezen heeft er een, maar 6 van de 10 Balinezen heeft óók een auto) rijden midden op de weg (genoeg ruimte ter linkerzijde) en snoeihard. We zijn ook getuige van een ongeluk. Een motorrijder kan een afslaande auto, die in van de tegengestelde richting komt, en die hier doorgaans gewoon afslaan, niet meer ontwijken. Een schuiver van tientallen meters met als gevolg. En ze hebben hier geen helm op, geen stevige broek of een beetje solide schoenen aan. Je ziet het gebeuren, je stelt je voor hoe het vel van z'n benen, ellebogen, knieën door het asfalt worden afgeschaafd. De motor glijdt over de andere weghelft en hij klapt aan de overkant op een hoge stoep, de man ook. Hij stond op en de bestuurder van de auto die afsloeg stapt uit. Uit beleefdheid zoekt de bestuurder de motorrijder op, zet z'n motor rechtop en loopt terug naar z'n BMW en rijdt weg. Een BMW is een vrijbrief hier. De motorrijder is en beetje beduusd, z'n broek aan flarden maar ik zie geen bloed, of lappen lichaam hangen. Hij klimt weer op z'n motor en na een praatje met andere motorrijders rijdt hij weer weg. Wij lopen weer door. Dat was het dan. Ik moet er niet aan denken dat ik een schuivende motor en man onder mijn wielen krijg, Jezus, ik rijd hem hartstikke dood.

En dan de honden, katten, kippen, kuikens, hagedissen, kinderen, ik ga voor alles vol in de ankers. Elke keer weer. Dit leidt tot getoeter, kan mij nix verrotten. Ik ga hier gewoon geen hond dood rijden om er 2 minuten eerder te zijn. Zij wel. Interesseert ze geen zak. Op een ochtend, tussen 9 en 11 uur red ik het leven van 5 honden en 4 kippen. Telkens schiet er uit een straatje of een huis een hond of een kip de weg op, elke keer ga ik vol in de ankers en glijdt de Jeep met piepende banden over het asfalt, ik hengst vol op de toeter en allebei gillen we dat die klote honden moeten oppassen. Westerlingen in de Jeep, gillen naar die beesten, wat zullen ze wel niet denken, die zijn gek hoor die Belanda's. Maar ik kan gewoon niet doorrijden. Toch gaat het altijd wel goed, honden zijn het gewend om op het aller aller laatste moment weg te duiken. Soms komt er toch een poot of een staart ergens onder of tussen maar ik heb maar een keer een dode hond gezien, een puppie...die kennen de klappen van de zweep nog niet en ook hier stoppen ze echt niet voor. Het is een aaneenschakeling van hartkloppingen, uitwijk manoeuvres, remmen, inhalen, gas geven, sturen, slalommen, toeteren en doorrijden. Maar tegelijkertijd en na verloop van tijd zit je in het ritme, vertrouw je op je medeweggebruikers en ga je mee met de flow. Ben blij dat ik zelf bepaal waar ik rem en rijd.

We rijden dwars door Bali, van noord naar oost onder het Donau Batur meer en vulkaan langs naar Amed. Dus niet langs de kust, maar dwars door de bergen en de desa's. De kustweg schijnt een soort snelweg te zijn en daar hebben we even genoeg van. We moeten over de bergen en door de dalen. Wederom de prachtige vergezichten maar vooral regen, regen, regen. Gedurende de totale trip rijden we door stortbuien afgewisseld door snoeihete zon, wind en weer stortbuien. Inmiddels regent het op onze voeten net zo hard als buiten. De Jeep is niet helemaal waterdicht. Maar het deert niet, het is warm en onze voeten drogen wel weer. Ik rijd op blote voeten, om te voorkomen wat in New Zealand is gebeurd, waarbij ik de camper zowat tegen een rots aan plantte omdat ik met slippers aan reed. Rem is het een tikkie zat om 3 uur met z'n hoofd uit het raam te hangen en zo nu en dan doen de ruitenwissers wat ze zouden meten doen, wissen. Maar vaak tuur ik met mijn neus tegen het raam tussen de druppels door naar de streep op de weg die ik zo goed mogelijk probeer te volgen. Niet ideaal maar we komen er. Althans, dat dachten we. We wilden graag naar het Waterpalace, maar het regende zo knetter hard dat we dat hele Palace hebben gemist. Als je net het einde van je motorkap kunt zien, dan kan het best zijn dat je wat mist wat daarbuiten opdoemt. We zouden het later nog wel een keer proberen, komen er later nog een keer langs.

Amed was prachtig. Hoewel het ook hier regende hadden we een prima guesthouse Bayu cottages, ook op aanraden van Lou en Eef. Hier zouden we prima kunnen snorkelen en duiken. De zee was echter te ruig waardoor snorkelen niet zinnig is, steeds je pijpje vol met water. En duiken lukte niet omdat toen het moment daar was, er veel te veel wind stond en regende. Helaas. Want hier kon ik mooi op een wrak duiken. Maar het ging allemaal mis die ochtend. We hadden ‘haast' (dat klinkt een beetje gek natuurlijk) want we wilden naar Lombok. De zee was te ruig dus wellicht vaart de ferrie niet, das kut natuurlijk. Ik had een email gekregen waar ik niet vrolijk van werd. Ik moest weer het leven redden van honden, katten, kippen en kinderen, ik had een kater, we reden verkeerd, het waaide verschrikkelijk, toen we de bergen in reden op zoek naar dat verrekte Waterpalace regende het daar weer zo genadeloos, dat we weer met ons kop weer uit het raam hingen, natte poten kregen, dat we de plannen omgooiden. Even langs de weg stil staan en even overleg. We namen in 10 minuten besluiten over de berichten uit Nederland, de route, de komende 5 jaar en de te volgen weg. Je hebt van die godver momenten, zeker als het zo regent. Typisch een dipje. Maar goed, toen we uit de bergen weg waren en de rivieren die over de bergwegen spoelden hadden overleefd en in Candidasa aankwamen (uiterste oosten) trok het weer bij. Een goede pils maakt veel goed. Morgen naar Lombok, het weer zat mee, de boten gingen.

Reacties

Reacties

Betty en Klaas

Weet van mijzelf dat jaloezie mij vreemd is. Maaruhh....
xx

Heidi

Was even op Bali (op doorreis), weinig gezien, weinig geld.! Heb wel wat aan dit verhaal, kan me helemaal indenken en zien....!Heb eerder vriendinnen naar reisberichten gevraagd, om te horen : ja heel mooi, prachtig, leuk...! Daarmee moest ik het doen. Dus dankjewel !

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!